Van Kaam advocaten

K
K
 

IE, media- en privacyrecht zijn constant in beweging. De grenzen worden dagelijks getart. Wat mag net wel, wat mag net niet. Hierin ligt de kern van ons werk. Werk wat ons blijft uitdagen en inspireren.

filter op categorie:

AVROTROS behaalt overwinning bij gerechtshof: geen afgifte ruwe beeldmateriaal

Radar_Avrotros.jpg

Een overwinning voor journalistiek Nederland. Het Hof Den Haag heeft op 22 december vervroegd arrest gewezen over de gedwongen afgifte van het volledige ruwe beeldmateriaal door AVROTROS aan telecomprovider Pretium. Met het arrest wordt het tussenvonnis van 2 februari 2011 van de Rechtbank Den Haag vernietigd. In dit vonnis is AVROTROS veroordeeld tot afgifte van al het ruwe beeldmateriaal aan Pretium in verband met een uitzending van het televisieprogramma Radar waarin verborgen camera-beelden van een callcenter van Pretium werden uitgezonden. Hierna volgt een overzicht van de belangrijkste overwegingen van het hof.

Het hof is van oordeel (onder verwijzing naar het Nordisk-arrest van het EHRM) dat het materiaal valt onder de bescherming van het recht op de vrijheid van meningsuiting en de vrije nieuwsgaring als bedoeld in artikel 10 EVRM. Voor de persvrijheid, die essentieel is in een democratische samenleving en die zo min mogelijk moet worden beperkt, is vereist dat een journalist in beginsel vrij is en zich vrij moet voelen om onderzoek te doen naar bijvoorbeeld maatschappelijke misstanden. Het hof acht het denkbaar dat een gedwongen afgifte van met een verborgen camera gemaakte opnames een 'chilling effect' zal hebben op de uitoefening van de persvrijheid, in die zin dat - zoals ook aangevoerd door AVROTROS - journalisten als gevolg van de dreiging van een gedwongen afgifte van de opnames terughoudender zullen worden in het gebruik van deze onderzoeksmethode als gevolg waarvan sommige (ernstige) misstanden niet meer openbaar zullen worden.

 

Aannemelijk is dat journalisten er ernstig bezwaar tegen zullen hebben om de met de verborgen camera gemaakte opnames integraal af te geven aan bijvoorbeeld justitie of (zoals in dit geval) bedrijven tegen wie het onderzoek naar de maatschappelijke misstand is gericht. Door de afgifte worden immers ook beelden zichtbaar die door de journalist bewust niet zijn geselecteerd voor de uitzending. Hetzelfde geldt voor de onderzoeksmethode van de journalist. Daar komt nog bij dat de opnames beelden kunnen bevatten van personen die, zich onbewust van het feit dat zij werden gefilmd, dingen hebben gedaan of gezegd waarvan aannemelijk is dat zij, met het oog op hun privacy, niet willen dat deze verder bekend worden.

 

Het hof concludeert dat de door Pretium gevorderde afgifte van het volledige materiaal een inbreuk op artikel 10 EVRM vormt. Een dergelijke inbreuk is slechts gerechtvaardigd indien deze bij wet is voorzien en, met inachtneming van de beginselen van subsidiariteit en proportionaliteit, noodzakelijk is in een democratische samenleving. Uit het bovenstaande vloeit volgens het hof voort dat de vordering van Pretium tot afgifte van het materiaal op grond van artikel 843a Rv moet worden beoordeeld met inachtneming van de bescherming van de opnames onder artikel 10 EVRM. 

 

Ingevolge artikel 843a RV is degene die de gegevens onder zich heeft niet gehouden het materiaal af te geven, indien daarvoor gewichtige redenen zijn, en/of indien redelijkerwijs aangenomen kan worden dat een behoorlijke rechtsbedeling ook zonder verschaffing van de gevraagde gegevens is gewaarborgd. Voor dat laatste dient  te worden vastgesteld dat sprake is van bewijsnood bij de eisende partij. Daarvan is volgens het hof geen sprake. Daarmee komt de verplichting tot afgifte van het volledige ruwe beeldmateriaal door AVROTROS te vervallen. 

 

Lees hier het volledige arrest.